‘Regie houden over het eigen leven, ook als je van zorg afhankelijk bent’
Hij is van huis uit fysiotherapeut. Gewend aan het idee dat een behandeling na een bepaald aantal keren stopt, en de cliënt leert het op eigen kracht te doen. De principes van reablement zijn daarmee niet onbekend voor Ronald Buijs, sinds november 2022 bestuursvoorzitter bij Laurens. Namens de Rotterdamse organisatie bieden zesduizend professionals zorg aan duizenden ouderen in en om de Maasstad. ‘We willen dat Iedereen bij Laurens het diepere besef heeft over wat reablement betekent in zijn of haar gedrag.’
Het enthousiasme voor reablement zit al langer besloten in de missie van Laurens: mensen in staat stellen zo zelfstandig en betekenisvol te leven. Onder de noemer ‘van zorgen voor naar samen leven’ maakt de Rotterdamse zorgorganisatie de beweging daarnaartoe. ‘Het betekent dat je veel meer het netwerk van de cliënt een actieve rol laat hebben: de naasten, maar ook vrijwilligers, mensen uit de wijk, uit de omgeving. Samen leven met de wijk, met de mensen die op een locatie wonen. En als er dan nog zorg nodig is kan dat, maar wel als een soort van sluitstuk en niet waar het start.’
Zorgstelsel heeft afhankelijkheid gecreëerd
Misschien is het ‘zorgen voor’ te ver doorgevoerd in het zorgstelsel van tegenwoordig, zegt hij. ‘We hebben een ouderenzorg gecreëerd in Nederland waarin bijna alles voor mensen wordt gedaan. En dat heeft een bepaalde afhankelijkheid bij mensen veroorzaakt.’ Een afhankelijkheid die hij in zijn vorig leven als fysiotherapeut, met een eigen praktijk, juist altijd wilde vermijden. ‘Ik heb me steeds bezig gehouden met de vraag: hoe kun je als fysiotherapeut mensen helpen zichzelf te helpen? Hoe kun je ervoor zorgen dat ze de regie houden over hun eigen leven? Dat leidde tot minder behandelingen en meer eigenaarschap bij mensen zelf. En als je je eigen regie weet te voeren, is er meer gezondheid. Maar op de één of andere manier zit er een reflex in het zorgsysteem, ook in de ouderenzorg, om door te schieten en veel te gaan doen voor mensen.’
Innovatie zit in de genen
Twijfel of reablement een vaste plaats in het zorgrepertoire krijgt, is er niet. Al was het maar omdat Laurens en innovatie goed samengaan, zegt Ronald. ‘Het zit in de genen van Laurens. Vanouds ontwikkelen we hier nieuwe concepten. Bijvoorbeeld de zorg voor mensen met niet-aangeboren hersenletsel of met een product als Beter Thuis met Dementie, waar we een mooi programma voor hebben ontwikkeld. In een week tijd gaan mensen die de diagnose dementie hebben op vakantie met hun partner, naar een boerderij waar ook anderen met hun partners zijn. Zij leren in een week hoe je zelf de regie kunt houden als je die diagnose krijgt, en hoe je je netwerk kunt versterken.’
Reable Nederland als versterker
De eerste stappen richting reablement zijn al eerder gezet. Ronald: ‘We zijn al anderhalf jaar bezig met deze denkrichting. We zoeken de samenwerking met Reable Nederland als versterker van deze koers. Net als wij willen veel organisaties in de zorg het anders gaan doen. Iedereen bij Laurens – van medewerker tot raad van bestuur – heeft dat diepere besef: wat betekent dit echt in mijn gedrag? Dan is het heel fijn om daar met de deskundigheid van Reable Nederland over na te denken.’
Veranderprogramma opzetten
Reable Nederland is samen met Laurens inmiddels gestart met het uitwerken van een veranderprogramma. ‘Er komen meer inspiratiesessies voor verschillende groepen medewerkers: zowel voor de inhoudelijke professionals en stafmedewerkers als voor senior management. Vanuit die inspiratiesessies ontwikkelen we leerlijnen in de organisatie waarmee onze medewerkers hulp krijgen bij deze verandering. Zodat we overal echt continu vanuit de persoonlijke hulpbehoefte werken en mensen helpen zichzelf te helpen. Reable Nederland denkt mee hoe de samenhang met al bestaande leerlijnen en onderwijs goed kan worden vormgegeven. Zo werken we overal continu echt vanuit de persoonlijke behoefte aan zorg en regie en helpen we mensen om zichzelf te helpen.’
Einde van het individualiseringstijdperk
‘Samen leven.’ Die twee woorden staan ook model voor een meer fundamentele verandering in de samenleving, zegt de Rotterdamse voorzitter van de raad van bestuur. ‘Het individualiseringstijdperk is op zijn einde, dat zie ik echt. Ik ben 58, ik heb het zien komen in de jaren tachtig en negentig. Ik heb ook de voordelen gezien. Vóór die tijd was er veel culturele en sociale druk. Alles moest op min of meer uniform, op een vooraf bepaalde manier. Veel werd ook gedicteerd door geloofsrichtingen. Het hele vrijvechten daarvan was een goede beweging in mijn ogen. Tegelijkertijd is die beweging zover doorgeschoten dat mensen de gemeenschapszin, het samen zijn, niet meer met elkaar ervaren. Je ziet weer volop gebeuren in de samenleving dat mensen elkaar opzoeken, op allerlei manieren. Samen energie inkopen, samen voedsel inkopen. Of samen nadenken over wat wij voor elkaar kunnen betekenen als iemand afhankelijk wordt. En het mooie is: die behoefte aan gemeenschapszin zit in ons mens zijn.’