QuaRijn is actief in de zorg voor ouderen in de Gelderse Vallei en op de Utrechtse Heuvelrug. Ouderen kunnen bij QuaRijn wonen, thuis worden verzorgd of revalideren. Al eerder zette de organisatie reablement op de kaart, met trainingen voor de eigen medewerkers én directie en management. Inmiddels is QuaRijn ook een van de leden van Reable Nederland. Waarom past het gedachtegoed van de vereniging goed bij de missie van QuaRijn (‘iedere dag van waarde’)? En hoe pakt de uitvoering van reablement uit binnen en buiten de deuren van de organisatie?
Sjenny Winters, bestuurssecretaris en manager kwaliteit en onderzoek:
‘Als je doorvraagt, krijg je een heel andere vraag’
‘We hebben in onze missie staan dat we voor cliënten elke dag een dag van waarde willen laten zijn. We waren al langer op zoek naar een handvat om mensen een waardevol leven te kunnen geven. Niet door zoveel mogelijk over te nemen en het hen gemakkelijk te maken, maar mensen zoveel mogelijk zélf dingen laten doen. Daar vinden we reablement een mooi vehikel voor. Reablement dwingt je om de vraag achter de vraag te achterhalen. Die gedachte omarmen we.’
‘We hebben ook goed gekeken waar andere zorgorganisaties mee bezig zijn. We hebben intensief contact gehad met Mijzo, met stichting Maria-Oord waar community care een van de grondbeginselen is. Maar hoe we het dan bij QuaRijn doen, is vers twee. Reablement is een rigoureuzer gedachtegoed dan het in eerste instantie lijkt. Je moet op je handen gaan zitten, en niet denken: o, ik weet al wat het probleem is, we gaan het zo en zo oplossen. Je vult te snel heel erg in en je wilt heel erg graag oplossen. Het zit in ons DNA om te zorgen – maar moet dat ook altijd? Het gaat om het doorvragen. Als je dat doet, dan krijg je een heel andere vraag.’
‘We volgen ook trainingen van Reable Nederland voor de directie en de managementlaag, om te voelen: wat is het nou? En welke strategie kiezen we? Een voorbeeld: waarom ga je medewerkers afrekenen op productie, terwijl we juist op zoek gaan naar minder productie. Dat zijn heel legitieme vragen vanuit de uitvoering. Welk sturingsmechanisme ga je dan als manager inzetten?
Jolanda van Heel, directeur wijk- en revalidatiezorg:
‘We kijken of we nog een stapje verder kunnen gaan’
‘Vanaf februari vorig jaar zijn we met reablement gestart, bij alle cliënten die voor het eerst worden gezien. We kijken dan met een fysio- en een ergotherapeut welke vaardigheden we weer kunnen aanleren, en bieden een traject van drie maanden aan. Bij nieuwe cliënten is dat makkelijker dan bij bestaande. Nieuwe cliënten weten niet beter dan dat we het anders doen.
‘Medewerkers onderling kunnen veel meer goede voorbeelden delen. En die ontwikkelingen ook registreren: hoe doen we het nou? Wat zijn onze ervaringen? Het zou fijn zijn als we dat kunnen volgen.’
Michiel Moes, directeur wonen met zorg:
‘De context is intramuraal anders, maar de focus niet’
‘We zoeken in de zorg altijd naar manieren om meer regie bij de bewoner of de cliënt te leggen. Zeker door het tijdsgewricht waar we nu in zitten wordt reablement omarmd. Maar hoe vertaal je het nu operationeel, naar de mensen die dagelijks de zorg moeten uitvoeren? Dat begint met een visie en een focus, en de rest volgt dan wel. Daarom kiezen wij ervoor om de trainingen van Reable Nederland collectief te doen, met staffunctionarissen, kwaliteitsverpleegkundigen, management en directie. Het gaat om bewustzijn in alle lagen.’
‘We hebben al een aantal bijeenkomsten gehad, allemaal met een iets andere inhoud. Anders kijken naar mensen is de eerste stap richting die bewustwording. Hoe kijk je naar mensen om in de zorg aan te sluiten bij wat voor de ander belangrijk is? We zijn heel gauw geneigd om te kijken naar iemands gezondheid. Maar de eigenlijke vraag is: wie is de mens? Wat vindt hij of zij belangrijk? Wij zitten altijd maar in de modus van meteen een zorgplan schrijven, maar het gaat om de dialoog met de ander. ’
‘En wie ben jij als hulpverlener? Wat betekent het voor jou om je op een andere manier te verhouden tot een bewoner of een cliënt? Hoe creëer je voor jezelf de ruimte om met een ander gedachtegoed aan het werk te gaan? Heb je ook de vrijmoedigheid om van de gebaande paden af te wijken? Dat vond ik heel verfrissend in de bijeenkomsten, dat je breder kijkt.’
‘Intramuraal heb je te maken met veel bewoners met dementie. In een aantal gevallen is intensieve begeleiding nodig. Dat is wezenlijk anders dan in de wijkverpleging, waar je ernaar streeft dat mensen zo lang mogelijk thuis kunnen blijven wonen. Ja, dan is de context anders, maar je focus niet per se. Hoe sluit je dan toch aan op het leven van die ander? Onze filosofie is, als iemand naar ons verhuist, dat hun hele context meeverhuist om hen toch het leven te laten leiden met hun familie en sociale systeem.’